Blog Henk Hagoort: Uitstel van selectie: hoe verder?
30 maart 2023
Onderwijs moet zijn maatschappelijke rol als ‘gelijkheidsmaker’ weer waarmaken. En dat moet beginnen in het voortgezet onderwijs waar nu te weinig leerlingen een eerlijke kans krijgen, aldus Putters: “Mijn pleidooi is: geef jongeren wat meer tijd om hun talent te ontwikkelen en de richting te kiezen die bij hen past. Combineer bijvoorbeeld een langere brugklasperiode met voldoende differentiatie en ontwikkelmogelijkheden en een breed palet aan vaardigheden.”
Dit pleidooi van Putters voor een langere brugperiode komt kort na de brief over kansengelijkheid van minister Wiersma aan de Kamer. Hierin kondigt hij aan deze kabinetsperiode juist geen werk te gaan maken van een langere brugperiode. Wiersma reageert daarmee op het rapport van de Onderwijsraad (Later selecteren, meer differentiëren, uit 2021 alweer). De Onderwijsraad pleit hierin voor een driejarige ‘funderende fase’ na groep 8 en uitstel van selectie tot leerlingen ongeveer 15 jaar oud zijn.
Dat uitstel van selectie kansengelijkheid vergroot en segregatie vermindert is een breed gedragen inzicht en wetenschappelijk goed onderbouwd. En toch lukt het niet om er in de politiek voldoende draagvlak voor te krijgen. Elk kabinet stelt het opnieuw uit. Hoe komt dat?
Ik zie twee redenen.
Ten eerste. Gepresenteerd als een allesomvattende stelselwijziging, zoals ook de Onderwijsraad doet, is de verandering simpelweg te groot. Van een kabinet kan in alle redelijkheid niet gevraagd worden in één beweging het hele voortgezet onderwijs anders in te richten door een driejarige gezamenlijke onderbouw in te voeren en de bestaande schoolsoorten af te schaffen. De gevolgen kan niemand voldoende overzien. We hebben een plan nodig om gefaseerd te leren wat uitstel van selectie betekent. Maar wel een plan dat verder gaat dan het subsidiëren van brede brugklassen, zoals de minister nu voorstelt en doet.
Ten tweede. In de beeldvorming blijven we hangen in het beeld van een brede of verlengde brugklas waarin leerlingen van alle niveaus drie jaar lang in dezelfde klas blijven. Dat is niet alleen een slecht plan voor leerlingen, het vraagt ook het onmogelijke van leraren. Voor de ouderen onder ons roept het herinneringen op aan de middenschool. En wie middenschool roept, weet zeker dat we politiek geen stap verder komen.
Hoe dan wel? Ik heb me laten inspireren door Louise Elffers die in haar boek Onderwijs maakt het verschil een haalbare tussenstap formuleert. Zorg ervoor dat leerlingen van alle niveaus in de onderbouw in ieder geval onder één dak les krijgen. Niet per se in dezelfde klas, maar wel in hetzelfde gebouw. Daardoor kunnen leerlingen gemakkelijk tussentijds overstappen of vakken op een ander niveau volgen. “Op scholen met alle routes onder één dak zouden leerlingen na drie jaar een definitief uitstroomprofiel kunnen kiezen” (pag.193) aldus Elffers. Bovendien creëert het concept van alle leerlingen onder één dak ook de randvoorwaarde om ontmoeting tussen leerlingen van verschillende niveaus te realiseren en zo iets te doen aan de voortschrijdende segregatie.
Zie hier: uitstel van selectie (en meer talentontwikkeling) zonder dat we op voorhand alle schoolsoorten hoeven af te schaffen of bij alle vakken alle leerlingen in dezelfde klas zitten. Hoewel het bij sommige vakken (sport, cultuur, maatschappijleer, mentorles) juist heel verrijkend kan zijn wanneer alle niveaus wel in dezelfde klas zitten en dat onder één dak ook kan.
Zou het een idee zijn om dit als concrete ambitie te formuleren: alle leerlingen in de onderbouw in hetzelfde gebouw? Kunnen we stapsgewijs het aantal vestigingen waar de onderbouw samen naar school gaat verhogen? En wat is daar dan voor nodig, van schoolbesturen en van de overheid? Volgens mij is dat het onderzoeken waard.