Leerdoelgerichte rubrics helpen leerlingen groeien

19 januari 2023

Toetsen voor een cijfer? Leerlingen van het Marcanti College (vmbo/havo) krijgen er pas in het derde leerjaar mee te maken. De school werkt liever met rubrics omdat die veel beter laten zien waar leerlingen staan en wat ze nog te doen hebben. “Bij ons draait het onderwijs om groeikansen en zo hebben we ook de toetsing ingericht”, zegt adjunct-directeur Linda Spierings.

Je zou ze de ruggengraat van de toetspraktijk op het Amsterdamse Marcanti College kunnen noemen: rubrics, tabellen die in woorden beschrijven hoe het eruit ziet als je een leerdoel nog niet, een beetje, grotendeels of helemaal bereikt hebt. Het Marcanti gebruikt ze in plaats van cijfers om de voortgang van leerlingen te laten zien. Dat gebeurt bij alle vakken in de onderbouw en aankomend schooljaar ook in de bovenbouw. “Wij werken vanuit leerdoelen, en voor al die doelen hebben we in rubrics beschreven welke stappen leerlingen moeten zetten”, licht Linda Spierings toe. “Daardoor weten leerlingen wat er van ze wordt verwacht, waar ze staan en wat ze nog te doen hebben. Dat werkt heel motiverend. Het prikkelt leerlingen om een volgende stap te zetten. En de rubrics geven docenten inzicht in het leerproces, waardoor ze leerlingen beter kunnen begeleiden.”

Groeikansen

Dat cijfers op het Marcanti College een ondergeschikte rol spelen, heeft een goede reden. Het Marcanti (vmbo-b, -k, g/tl en havo, 420 leerlingen) is een kleurrijke grotestadsschool met veel leerlingen die nog niet optimaal hebben kunnen laten zien wat ze in hun mars hebben. Soms komt dat door hun thuissituatie, soms door sociaal-economische of taalbarrières, soms door een gebrek aan executieve vaardigheden. Feit is dat veel leerlingen méér kunnen dan het schooladvies waarmee ze binnenkomen. “Daarom is de school zeven jaar geleden opnieuw begonnen, met een onderwijsconcept waarin alles draait om groeikansen”, zegt Linda. “Leerlingen starten bij voorkeur één niveau boven het schooladvies van de basisschool en we bepalen pas na 2,5 jaar op welk niveau ze examen gaan doen. Regelmatig is dat een niveau hoger dan het schooladvies.”

Geen niveaus, maar kleuren

Bij het zoeken naar geschikte meet- en beoordelingsinstrumenten kwam de school op rubrics uit. “Rubrics beschrijven een ontwikkeling, ze zeggen veel meer dan cijfers”, zegt Linda. In de onderbouw zijn voor alle vakken rubrics gemaakt op drie niveaus. Een hele klus, die de docenten veel tijd heeft gekost. De rubrics worden aangeduid met kleuren in plaats van schooltypen, om leerlingen niet voortijdig in een hokje te stoppen: groen komt overeen met basis/kader, geel met kader/theoretisch en blauw met theoretisch/havo. Aan het begin van elke periode wordt bij ieder vak met een nulmeting bepaald met welke kleur een leerling het best kan starten. Dat kan dus per vak en per periode variëren. Een leerling met een Franstalige achtergrond kan bijvoorbeeld voor Frans werken met blauw en voor Engels met groen en bij dat laatste vak op termijn doorgroeien naar geel.

Naast formatief ook summatief

Aan het eind van hun opleiding doen de leerlingen ‘gewoon’ examen op één niveau, met een cijferlijst. Daar moeten ze dus wel op worden voorbereid. Dat doet het Marcanti onder meer door in de onderbouw drie keer per jaar een proefwerkweek te organiseren. Leerlingen maken dan voor wisselende vakken een formatieve toets over een grotere hoeveelheid leerstof. Ze krijgen er geen cijfers voor, maar horen wel op welk niveau ze gepresteerd hebben. Leerlingen die precies tussen twee niveaus in zitten, worden op beide niveaus beoordeeld. Het systeem heeft zowel voor leerlingen als docenten voordelen, licht Linda toe. “Leerlingen leren alvast omgaan met grotere hoeveelheden leerstof, wat straks van belang is bij het examen. En wij krijgen de beschikking over meer kwantitatieve gegevens om te onderbouwen wat het beste examenniveau is voor een leerling.” Daarnaast nemen docenten nemen in de klas veel korte formatieve toetsen af, waardoor een evenwichtig beeld ontstaat.
 

Wij willen leerlingen zoveel mogelijk kansen bieden en dan kun je niet zwart-wit determineren.

Linda Spierings adjunct-directeur

Niet zwart-wit determineren

De definitieve determinatie vindt pas plaats halverwege leerjaar 3, zodat leerlingen zo lang mogelijk kunnen groeien. Docenten stellen het examenniveau in overleg met de leerling en de ouders vast. Dat leidt nog maar heel zelden tot moeilijke gesprekken, zegt Linda: “Onze leerlingen hebben veel inzicht in hun ontwikkeling, dus het niveau komt niet als een verrassing. Wel heeft een leerling soms met één vak zoveel moeite dat hij of zij een niveau lager dreigt uit te komen. Dan sturen we tijdig bij met steunlessen en coaching door de mentor.”
De school zou het zichzelf makkelijker maken door volgens vaste overgangsnormen te determineren, beaamt Linda. “Maar wij willen leerlingen zoveel mogelijk kansen bieden en dan kun je niet zwart-wit determineren. Docenten voelen het determineren trouwens wel als een zware verantwoordelijkheid. Inmiddels hebben ze op hun oordeel leren vertrouwen, maar dat heeft even geduurd.”

Ook in de bovenbouw

Met het oog op de examens koos de school er tot voor kort voor om vanaf halverwege leerjaar 3 wél met cijfers te werken. Leerlingen vonden dat echter maar lastig. De meesten zijn zich door het werken met leerdoelen en rubrics in de onderbouw echt eigenaar van hun leerproces gaan voelen: ze willen weten waar ze staan en wat ze nog te doen hebben. En hoe kun je nou aan een cijfer zien waar je nog aan moet werken? Daar hadden de leerlingen een punt, vonden veel secties. Zij zijn daarom na overleg met de schoolleiding begonnen om naast de cijfers die het PTA voorschrijft, ook voor de bovenbouw leerdoelgerichte rubrics te ontwikkelen. De meeste vakken zijn hier inmiddels mee klaar, wiskunde en Nederlands voorop: de digitale bovenbouwmethodes die deze vakken hadden gekozen, waren al voor deze manier van werken ontworpen.

Goede resultaten

De wens om leerlingen zoveel mogelijk ‘groeitijd’ te geven, betekent dat het Marcanti weinig tijd heeft voor het schoolexamen. Leerlingen maken de eerste PTA-toetsen pas in de laatste periode van het voorexamenjaar. Om te voorkomen dat het examenjaar te druk wordt, houden alle secties het aantal PTA-onderdelen beperkt. Gevolg is wel dat PTA-toetsen soms over forse hoeveelheden leerstof gaan. Maar daar werpen de goede motivatie van veel leerlingen en het oefenen met grotere toetsen in de onderbouw hun vruchten af: de schoolexamenresultaten stemmen tevreden. Zeker als je in aanmerking neemt dat veel leerlingen hoger uitstromen dan het schooladvies, en als je weet dat het Marcanti ook tussentijds veel jongeren met een complexe voorgeschiedenis toelaat die het op andere scholen niet hebben gered.

Eigen leerlingvolgsysteem

De vraag die nog rest, is hoe je als docent eigenlijk overzicht houdt als je met rubrics werkt en als leerlingen ook nog eens per vak en per periode op wisselende niveaus kunnen werken. Tot nu toe was dat op het Marcanti inderdaad een hele klus: in bestaande leerlingvolgsystemen kan dit niet en dus moesten docenten een heleboel spreadsheets bijhouden. “Dat is niet handig, zeker niet als je jezelf snel een totaalbeeld wilt vormen”, zegt Linda. “Daarom laten we nu een eigen leerlingvolgysteem ontwikkelen. Dat willen we op termijn vrij beschikbaar stellen aan alle scholen in Nederland. De eerste versie wordt momenteel in drie klassen uitgetest. Docenten merken nu al dat het bijhouden van de voortgang veel sneller gaat. Het team heeft de afgelopen jaren heel hard aan het onderwijs gewerkt, eerst in de onderbouw en nu weer in de bovenbouw. Dit leerlingvolgysteem is de kroon op hun werk.”