Brief praktijkonderwijs: meer erkenning voor pro en pro/vmbo-brugklassen structureel

05 september 2024

Op 30 augustus heeft staatssecretaris Paul een brief aan de Tweede Kamer gestuurd over de ontwikkelingen in het praktijkonderwijs. De VO-raad is positief over de versterking van de positie van het pro waar de afgelopen periode aan is gewerkt en die in deze brief wordt uitgelicht. Ook zijn we blij met de bekendmaking dat de pilot pro-vmbo-brugklas structureel wordt. Wel is er, zoals de staatssecretaris schrijft, nog een aantal knelpunten waar aandacht voor nodig is. Op 11 september aanstaande debatteert de Vaste Kamercommissie OCW over het pro.

Met de invoering van het schooldiploma en de praktijkverklaringen voor pro-leerlingen, is de positie van het pro sterker geworden, zo schrijft Paul. Daarnaast werken scholen en het kabinet voortvarend aan het bevorderen van de basisvaardigheden van leerlingen in het pro. De afgelopen periode zijn er ook veel inspanningen geweest om de bekendheid van deze vorm van regulier vo te vergroten; deze worden verder voortgezet.

Schooladvisering, doorstroomtoets en centrale aanmeldweek

De nieuwe wetgeving Doorstroomtoetsen po – die kansrijk plaatsen moet stimuleren – heeft geleid tot minder instroom in het eerste leerjaar van het pro. Tegelijkertijd zien we al een aantal jaar de zij-instroom vanuit het vmbo naar het pro toenemen. Veel leerlingen die vanuit het vmbo naar het pro gaan, ervaren dit soms als falen, wat een extra uitdaging voor de pro-scholen met zich meebrengt.

De staatssecretaris erkent dit en geeft nogmaals aan dat het schooladvies pro niet bijgesteld hoeft te worden bij een toetsadvies pro-vmbo-bb. Deze uitzonderingsregel was in schooljaar 2023-2024 nog niet bij alle scholen goed bekend. Aan communicatie over de uitzonderingsregel zal worden gewerkt. Daarnaast wil de staatssecretaris (opnieuw) laten uitzoeken of een aparte toetsadviescategorie voor het pro mogelijk is. De Tweede Kamer wordt hier in het voorjaar van 2025 over geinformeerd. Ook wordt verkend of het tijdpad voor de aanmelding van leerlingen met een voorlopig pro-advies kan worden verruimd, zodat er tijd is om een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) aan te vragen.

Pilot pro/vmbo-brugklas wordt structureel

In het licht van bovenstaande is de VO-raad blij met de aankondiging in de brief dat de pilot pro-vmbo-brugklassen structureel wordt. Dit betekent dat alle (pro- en vmbo-) scholen in de toekomst ervoor kunnen kiezen om een dergelijke brugklas aan te bieden.

De pilot bij 30 pro- en vmbo-scholen is vanaf 2019 gemonitord door onderzoeksbureau SEO. Uit hun rapportage komt een positief beeld naar voren. Leerlingen krijgen in deze brugklassen de kans om rustig te ontdekken welke onderwijsrichting het beste past. De brugklassen hebben een positief effect op de motivatie, het gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen van leerlingen, en bevorderen daarnaast de intensieve samenwerking tussen pro en vmbo. Tijdens de pilot is 40% van de leerlingen twee jaar na de instroom naar het vmbo gegaan en ruim 40% naar het pro. 

Aandachtspunten 

Rond andere ontwikkelingen die de staatssecretaris in haar brief uitlicht, ziet de VO-raad nog een aantal aandachtspunten:

  • De voortdurende ontwikkeling van het praktische curriculum van het pro (en vmbo en vso) beweegt niet in gelijke tred met het bevoegdhedenstelsel voor leraren. In de Landelijke Werkgroep Bevoegd wordt gewerkt aan bekwaamheidseisen voor een groepsleraar 12+ en maatwerktrajecten voor vakmensen, waardoor zij-instromers uit de beroepspraktijk sneller in het pro aan de slag kunnen.
  • In de wet ‘Van school naar duurzaam werk’ wordt vastgelegd dat pro-scholen één jaar na het verlaten van de school een vorm van begeleiding bieden aan oud-leerlingen die dat nodig hebben. Dit sluit niet aan bij de huidige praktijk. Al jaar en dag leveren pro-scholen nazorg bij de stap van school naar werk, vaak nog jaren nadat de leerling de school heeft verlaten. Het past beter bij de huidige praktijk als er in de wet ‘twee jaar na het verlaten van de school’ wordt opgenomen.
  • De komende periode zal het ministerie van OCW in goed overleg met de veldpartijen een wetsvoorstel uitwerken om in elke regio een dekkend en toegankelijk aanbod voor een entreeopleiding in het pro te realiseren. In dit wetsvoorstel komt te staan dat een pro-school voor de examinering en diplomaring mag samenwerken met een niet bekostigde mbo-instelling. Dit is conform de motie Westerveld en kan alleen in uitzonderingsgevallen en onder bepaalde voorwaarden. De VO-raad is voor goede samenwerking met het (bekostigde) mbo, maar juicht ook toe dat er ruimte is voor uitzonderingen.
  • De aangekondigde vergoeding voor de reiskosten voor leerlingen die een entree-opleiding volgen, komt er pas in 2026. Scholen kunnen wel via een subsidieregeling tegemoetkoming aanvragen om de komende twee jaar deze reiskosten van leerlingen te vergoeden. De VO-raad is blij met deze overbruggingsregeling. Wel benadrukken we - samen met de Sectorraad PrO -  dat niet alleen voor leerlingen die naast pro een entreeopleiding volgen, maar voor alle pro-leerlingen in de bovenbouw een tegemoetkoming in de reiskosten geregeld zou moeten worden.

Update: debatten en moties 

Op 11 september was er een debat over het praktijkonderwijs, het eerste debat specifiek over het pro. Ondanks de treinstaking zat de tribune vol met leerlingen van het pro. Twee leerlingen hebben samen met Nicole Teeuwen ‘De Staat van het Praktijkonderwijs’ aangeboden aan Kamerlid Liza Westerveld van GroenLinks. Tijdens het debat benadrukte de Kamerleden en staatssecretaris hun enorme waardering voor het praktijkonderwijs als volwaardige vorm van onderwijs. De partijen leken behoorlijk op een lijn te zitten in hun missie om dit onderwijs verder te willen versterken.

Op 2 oktober werden tijdens een tweeminutendebat vervolgens drie moties over het pro ingediend, waar de Tweede Kamer op 8 oktober over stemde. Alle drie de moties zijn aangenomen. Hieronder volgt een korte samenvatting van deze moties: 

  • GroenLinks/PvdA, D66 en BBB: Bij nieuwe onderwijswetgeving wordt altijd van tevoren een PrO-check gedaan, om te voorkomen dat er achteraf allerlei uitzonderingsregels voor het PrO moeten komen omdat het PrO – als regulier voortgezet onderwijs – over het hoofd is gezien in het wetgevingstraject. Oftewel: Aan de voorkant van wetgevingstrajecten de impact voor PrO meenemen, zodat reparatie achteraf niet nodig is.
  • GroenLinks/PvdA, D66 en BBB verzoeken de regering een verkenning uit  te voeren naar de afschaffing van de tlv voor PrO - inclusief de financiële gevolgen - vóórafgaand aan het in het ontwikkeling zijnde wetsvoorstel om het pro rechtstreeks te bekostigen. Volgens deze partijen valt met de rechtstreekse bekostiging van het PrO (die er naar verwachting zal komen) de noodzaak voor het moeten aanvragen van een tlv weg. Deze aanvraag zorgt voor extra stress, bureaucratie en een uitzonderingspositie voor het PrO (regulier onderwijs).  Staatssecretaris Paul gaf eerder in een Kamerbrief aan (link) aan de tlv te willen vasthouden.
  • D66, VVD en GroenLinks/PvdA verzoeken naar aanleiding van de positieve evaluatie van de 30 pilots met een pro-vmbo-brugklas om deze pilots op korte termijn open te stellen voor andere scholen. Op deze manier hoeven scholen niet te wachten op de door het kabinet aangekondigde wet die het aanbieden van deze combinatieklassen structureel mogelijk maakt. Zodra meer bekend is over de uitvoering van deze motie, zal de VO-raad hierover berichten.