Home Nieuws Compensatie transitievergoeding stopt 1 juli 2026

Compensatie transitievergoeding stopt 1 juli 2026

28 november 2024

De regeling Compensatie Transitievergoeding stopt op 1 juni 2026 voor werkgevers van organisaties met 25 of meer medewerkers. Vanaf dat moment moeten die werkgevers zelf de volledige transitievergoeding betalen wanneer ze het arbeidscontract met een langdurig zieke werknemer beëindigen. Dit blijkt uit de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Door het stoppen van deze regeling komen werkgevers weer voor dezelfde problemen te staan als voorheen. Ze zullen minder snel akkoord gaan met het ontslaan van langdurig zieke werknemers, wat kan leiden tot meer 'slapende dienstverbanden' (werknemers die langdurend ziek thuis zitten maar nog wel in dienst zijn).

De werkgever in het voortgezet onderwijs heeft volgens artikel 4 van de ZAVO de verplichting om het loon (grotendeels) door te betalen tot aan het einde van het dienstverband, dus ook na twee jaar ziekte. Hoewel er in het VO een loondoorbetalingsplicht geldt gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst, zou er wellicht toch van een slapend dienstverband gesproken kunnen worden indien het loon niet of slechts in beperkte mate tot uitbetaling komt doordat het loon wordt verrekend met een uitkering. Maar dit komt niet vaak voor in het voortgezet onderwijs.

De juridische gevolgen van het stoppen van de regeling zijn ook ingewikkeld. Zonder compensatie kan de verplichting voor werkgevers om in te instemmen met ontslagverzoeken bij langdurig zieke werknemers in het geding komen, wat kan leiden tot nieuwe juridische conflicten. De Hoge Raad heeft eerder bepaald dat werkgevers verplicht zijn om in te stemmen met zulke verzoeken als ze compensatie krijgen voor de transitievergoeding. Het stoppen van de regeling kan deze verplichting veranderen, hetgeen voor meer juridische problemen kan zorgen.

Daarnaast staat in de CAO VO dat de loondoorbetalingsverplichting niet eindigt na 104 weken. Dit kan betekenen dat werkgevers in het voortgezet onderwijs eerder geneigd zijn om het dienstverband te beëindigen en de transitievergoeding uit te betalen, wat aanzienlijke kosten met zich meebrengt.