De VO-raad belooft: ‘Pandemie of niet: het onderwijs zal altijd doorgaan’
29 september 2021
De coronacrisis heeft gewerkt als contrastvloeistof voor de uitdagingen in het voortgezet onderwijs: de kansenongelijkheid, de basisvaardigheden die onder druk staan, het gebrek aan maatwerk in het onderwijsstelsel en het lerarentekort. Met de belofte dat het onderwijs altijd, ook bij een volgende pandemie of crisis, zal doorgaan, geeft het voortgezet onderwijs zichzelf een opdracht: de scholen zullen de kennis en ervaring die ze het afgelopen anderhalf jaar hebben opgedaan, vasthouden en verder ontwikkelen. Deze periode met gedeeltelijk of volledig onderwijs op afstand heeft geleerd dat de meest kwetsbare leerlingen het hardst worden getroffen wanneer een crisis zich voordoet. Het werd duidelijker dan ooit dat de kern van het onderwijs het persoonlijke contact tussen leerling en leraar is en dat iedere leerling iets anders nodig heeft. Scholen zijn meer dan ooit bezig met hoe zij in die individuele behoeften kunnen voorzien met extra mentoruren, bijlessen of lessen in weerbaarheid, en ze willen hiermee doorgaan, ook na deze crisis.
Maar dit vraagt ook iets van het nieuwe kabinet. Het onderwijs moet gebruik kunnen maken van een solide digitale infrastructuur en alle leerlingen moeten kunnen beschikken over devices, net zoals zij over schoolboeken kunnen beschikken. Daarnaast is voor het realiseren van kwalitatief hoogwaardig onderwijs geld nodig om het lerarentekort structureel terug te dringen: de hoge werkdruk van leraren moet worden tegengegaan en er moet meer begeleiding komen voor startende leraren. De huisvesting van scholen moet gaan voldoen aan de hedendaagse eisen van ventilatie en duurzaamheid. Om leerlingen de kansen te geven die zij verdienen moet de keuze voor een specifieke onderwijssoort later dan nu gemaakt worden (later selecteren en beter differentiëren). Hiervoor zijn moedige keuzes van het nieuwe kabinet noodzakelijk.
Bekijk de gehele speech van Paul Rosenmöller op het VO-congres 2021: