Dekker schuift besluiten rondom meer ontwikkeltijd leraren door naar volgend kabinet
22 februari 2017
Lees de brief aan de Kamer over de uitwerking van de motie over meer ontwikkeltijd voor leraren.
Met de motie van Van Meenen (D66) en Ypma (PvdA) is Dekker verzocht om een voorstel uit te werken om het maximum aantal lesuren per (fulltime) docent terug te brengen naar 20 uur per week, inclusief financiële consequenties en consequenties voor leraren. De VO-raad is de afgelopen periode betrokken geweest bij de verkenning naar de mogelijkheden om leraren meer tijd voor onderwijsontwikkeling te geven. Ook heeft Regioplan een onderzoek uitgevoerd onder schoolleiders, bestuurders en leraren naar verschillende manieren om ontwikkeltijd te creëren in het onderwijs.
In zijn brief werkt Dekker verschillende beleidsopties uit. Het gaat dan om het aantrekken van extra onderwijspersoneel, een vermindering van de onderwijstijd of –inhoud, een verandering in de groepsgrootte of samenstelling en een andere inrichting van het onderwijs. De staatssecretaris geeft hierbij aan dat er nog ruimte ligt voor besturen en scholen om hier op schoolniveau mee aan de slag te gaan. Hij wil het aan een volgend kabinet overlaten om te kijken of vanuit de politiek nog extra maatregelen nodig zijn.
Extra middelen nodig
De VO-raad is volop met zijn achterban in gesprek over dit thema en ook de komende tijd staat het onderwerp binnen de vereniging op de agenda. Het creëren van ontwikkeltijd vraagt veel creativiteit van scholen. Hoewel de VO-raad net als Dekker ziet dat er kansen liggen voor besturen en scholen op dit vlak, benadrukken we dat er om echt meer tijd te creëren voor onderwijsverbetering structureel meer middelen nodig zijn in een volgende kabinetsperiode. In veel scholen knelt het op dit moment.
Actieplan
In zijn actieplan bepleit de VO-raad om binnen scholen per voltijdsleraar in de komende kabinetsperiode 100 uren per jaar extra tijd te creëren om gericht te werken aan de ontwikkeling van hun onderwijs. De uitwerking van ontwikkeltijd moet vervolgens op teamniveau plaatsvinden. Op dat niveau moeten plannen gemaakt worden hoe vrijgespeelde tijd planmatig en doelgericht in te zetten voor de ontwikkeling van onderwijs(vernieuwing). Ontwikkeltijd moet daarbij volgens de VO-raad gekoppeld zijn als schoolontwikkeling en geen individuele aangelegenheid worden. In het actieplan is gepleit om gedurende vier jaar een bedrag van maximaal 300 miljoen euro vrij te spelen.