Een stap in de richting van collectieve financiering van zorg in onderwijstijd

01 juni 2023

Er is een stap gezet in de richting van collectieve financiering van zorg in onderwijstijd. Kamerleden pleitten daar voor op 31 mei tijdens een vergadering van de Onderwijscommissie van de Tweede Kamer waarin met minister Wiersma (OCW) en staatssecretaris Van Ooijen (VWS) over onderwijs en zorg gesproken.

De heer Van Meenen van D66 benadrukte in zijn laatste debat als Tweede Kamerlid het belang van het samenbrengen van de werelden van onderwijs en zorg. In het onderzoeksrapport van Oberon Naar collectieve financiering van Zorg in Onderwijstijd ligt de focus op Cluster 3- en 4-scholen*. Het rapport concludeert dat gemiddeld 19 fte per 100 leerlingen aan ondersteuning uit onderwijs en zorg wordt ingezet. Een collectieve pot met middelen uit de Jeugdwet, Wlz en Zvw per regio maakt inkoop op basis van de zorgbehoefte per school mogelijk bij een of twee zorgaanbieders.  De financiering van onderwijsondersteuning blijft bij het samenwerkingsverband.

Diverse Kamerleden gaven aan dat het wenselijk is om breder te kijken in het onderwijs dan alleen naar cluster 3 en 4. Ook de afstemming met de zorg thuis is een aandachtspunt. Voor de verdere uitwerking wordt een ontwerptafel ingericht, voor het zomerreces komen de bewindslieden met een beleidsreactie op het onderzoek van Oberon.

In het kader van onderwijs-zorg kwamen daarnaast de volgende thema’s aan de orde:
OZA-subsidieregeling: er is nog ruimte voor deelname aan OZA-subsidieregeling, de periode voor de tweede aanvraagronde wordt opengesteld tot 31 juli. De SP merkt op dat wanneer deze middelen niet volledig worden benut, er mogelijk ruimte is voor directe ondersteuning.

Landelijke norm voor basisondersteuning: minister Wiersma geeft aan vaart te willen maken met de norm voor basisondersteuning via de AOb en Ouders & Onderwijs. Eind dit jaar komt er een tussenrapportage en de norm volgt in het eerste kwartaal van 2024.

Hoogbegaafdheid: met name vanuit de VVD wordt aandacht gevraagd voor onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen, inclusief de mogelijkheid voor voltijds hoogbegaafdheidsonderwijs. De minister komt voor de zomer met een subsidieregeling in dit kader.

Harmonisatie samenwerkingsverbanden: kamerleden beklagen zich herhaaldelijk over verschillen tussen samenwerkingsverbanden. De minister geeft aan dat verschillen in sommige gevallen onwenselijk zijn en zegt toe om een programma van eisen wettelijk vast te leggen. De VO-raad gaat ervan uit dat er ruimte moet blijven voor regionale verschillen en regionale afspraken.

Generieke korting i.v.m. mogelijk bovenmatige reserves bij samenwerkingsverbanden: de heer Bischop geeft aan dat de korting op de samenwerkingsverbanden voor veel onzekerheid zorgt en dat een inhoudelijke reactie ontbreekt. Hij gaat zijn aangehouden motie om de samenwerkingsverbanden een jaar extra te geven om bovenmatige reserves terug te brengen in stelling brengen.

Transitie Jeugdzorgplus en residentieel onderwijs: de af- en ombouw van Jeugdzorgplus naar meer open en kleinschalige voorzieningen gaat geleidelijk, het is belangrijk dat ook onderwijs in deze ontwikkeling wordt meegenomen. In dat kader wordt voor de zomer een subsidieregeling voor samenwerkingsverbanden gepubliceerd, die daarbij zou moeten helpen. Voor 2023 gaat het om een subsidiebedrag van 4 miljoen euro, voor 2024 om 8 miljoen euro. GroenLinks geeft aan dat er veel onduidelijkheid is bij docenten en scholen, hetgeen de continuïteit van deze scholen bedreigt. De minister geeft aan dat er netto meer middelen beschikbaar zijn.

Er is een tweeminutendebat aangevraagd, dat waarschijnlijk in de week van 5 juni plaatsvindt.

*
Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch)
Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.