Minister over passend onderwijs: ‘Bij de pakken neerzitten geen optie’
30 mei 2024
Veel thema’s passeerden de revue tijdens dit debat, waaronder de toename van het aantal thuiszitters, de toename van deelname aan en wachtlijsten voor het gespecialiseerd onderwijs, de wachtlijsten voor de jeugdzorg, problemen met het leerlingenvervoer en het lerarentekort.
De Tweede Kamer was kritisch over het gebrek aan voortgang op het gebied van passend onderwijs en met name de coalitiepartijen stelden dat eerst de basis van passend onderwijs op orde moet zijn, voordat eventueel gepraat kan worden over inclusief onderwijs. Onder andere de BBB zette vraagtekens bij de haalbaarheid van de ambitie om inclusief onderwijs in 2035 te realiseren. De oppositiepartijen gaven hierbij aan dat het niet om een ambitie gaat, maar een verplichting vanuit internationale verdragen. Ook zij stelden dat ‘de basis op orde’ een voorwaarde is om tot inclusief onderwijs te kunnen komen.
Concreet pleitten veel politieke partijen in het kader van 'de basis op orde' voor kleinere klassen (met goede beschikbare basisondersteuning), behoud van speciaal onderwijs voor leerlingen met een complexe ondersteuningsvraag én het benutten van de expertise binnen dit speciaal onderwijs voor passend en inclusief onderwijs. Een aantal oppositiepartijen gaf aan het leerlingenvervoer niet meer aan te willen besteden én een maximum reistijd van 45 minuten vast te willen stellen.
Vorige week, op 23 mei, organiseerde de Vaste Kamercommissie een rondetafelgesprek over het terugdringen van het aantal thuiszitters en over thuisonderwijs. Als input voor dit gesprek heeft de VO-raad een position paper ingediend bij de commissie.
Draagvlak voor structurele bekostiging
Binnen de Kamer was er breed draagvlak voor de structurele bekostiging van passend onderwijs, en het schrappen van de (tijdelijke) bekostiging op dit vlak via allerlei subsidies en ‘losse potjes’, zoals de subsidieregelingen voor hoogbegaafdheid, onderwijs-zorgarrangementen, brugfunctionaris en samenwerking regulier-speciaal.
De oppositie toonde zich verder bezorgd om de aangekondigde bezuinigingen op het onderwijs. Hierbij kwam ook de vraag naar voren hoe passend onderwijs en inclusief onderwijs, dat bijvoorbeeld aanpassingen vraagt aan schoolgebouwen, in de toekomst gefinancierd moeten gaan worden.
Toezeggingen
Minister Paul wees in haar reactie op de stappen die zijn en momenteel worden gezet rond passend onderwijs, maar onderstreepte tegelijkertijd dat verdere actie van belang is om de gestelde doelen rond passend en inclusief onderwijs te bereiken. Ze gaf aan niet veel meer te kunnen toezeggen, omdat er op – naar verwachting korte – termijn een nieuwe bewindspersoon zal zijn. Met name voor huisvesting verwees de minister naar haar opvolger. Op de vraag waarom de subsidie voor de – zeer nuttige – onderwijsconsulenten maar voor één jaar verlengd is in plaats van vier, verwees de minister naar de demissionaire status van het kabinet.
Wel zegde de minister onder meer toe:
- Na de zomer komt er een Kamerbrief over de stand van zaken doorzettingsmacht;
- Na de zomer komt er een onderzoek naar de aandacht voor hoogbegaafdheid in lerarenopleidingen;
- In november volgt een onderzoek naar de aandacht voor kinderen met autisme in het onderwijs.
Update: aangenomen moties
Op 18 juni 2024 zijn de onderstaande moties - ingediend tijdens een tweeminutendebat volgend op het debat van 29 mei over passend onderwijs - aangenomen:
- Verzoek aan de regering om de eerdere definitie aan te houden waarin sprake is van deels gescheiden aanbod en deels gedeeld aanbod van onderwijs en het laten voortbestaan van gespecialiseerd onderwijs op eigen locaties.
- Verzoek aan de regering om onderwijsinstellingen te wijzen op het belang van maatwerkoplossingen die vallen binnen de invloedsfeer van scholen, besturen en samenwerkingsverbanden, zoals afwijking van de onderwijstijd en het inrichten van speciale voorzieningen.
- Verzoek aan de regering om het gespecialiseerd onderwijs duidelijk terug te brengen in haar ambities en daarmee het voortbestaan daarvan te garanderen voor leerlingen met specialistische onderwijs- of ondersteuningsbehoeften.
- Verzoek aan de regering om de werking en positie van de samenwerkingsverbanden te herzien, te sturen op één ondersteunings- en financieringsmodel met heldere kaders en duidelijke wettelijke taken, en te komen tot een minder gefragmenteerde spreiding over het land.
- Verzoek aan de regering om 'Samen naar School-klassen' in het vo verder te stimuleren door een analyse te maken van de knelpunten en een plan te maken om deze weg te nemen, waaronder de benodigde aanpassingen in wet- en regelgeving, en dit plan voor het einde van het jaar naar de Kamer te sturen.
- Verzoek aan de regering te onderzoeken op welke wijze er binnen het onderwijsprogramma van lerarenopleidingen meer aandacht kan komen voor ASS, ADHD, hoogbegaafdheid en gedragsstoornissen en het begeleiden van leerlingen met deze extra ondersteuningsbehoeften.