Onderwijscoöperatie wordt opgeheven

16 mei 2018

Het bestuur van de Onderwijscoöperatie (OC) heeft afgelopen week besloten de organisatie op te heffen. Dit maakte minister Slob op 14 mei bekend in een brief aan de Tweede Kamer. Leraren zijn nu aan zet om te komen tot een nieuwe, stevige, breed gedragen beroepsorganisatie van leraren die de beroepsgroep vertegenwoordigt, zo schrijft de minister. Hij noemt dit een essentiële randvoorwaarde om de Wet beroep leraar te kunnen implementeren, en zo de positie van de leraar en de kwaliteit van het vak te versterken.

Het bestuur van de OC is tot het besluit tot opheffing gekomen in reactie op de motie Rog en Van Meenen, die begin april werd aangenomen in de Tweede Kamer, waarin ‘de regering wordt verzocht te bevorderen dat het bestuur van de Onderwijscoöperatie wordt overgedragen aan een interim-bestuur van leraren die het vertrouwen hebben van de beroepsgroep'. Het besluit van de Onderwijscoöperatie moet nog bekrachtigd worden in de algemene ledenvergadering. 

Gevolgen voor de Wet beroep leraar

De implementatie van de Wet beroep leraar wordt geraakt door deze ontwikkelingen, zo geeft de minister aan in zijn brief. Doel van deze wet – waar het lerarenregister een belangrijk onderdeel van is – is het versterken van de positie van de leraar (meer zeggenschap) en de kwaliteit van het leraarsberoep. Zeker ook in het licht van het lerarentekort blijft dit een zeer belangrijk streven voor het kabinet.

Minister Slob betreurt dat de constructie van de Onderwijscoöperatie ‘niet houdbaar’ is gebleken en ‘onvoldoende van de grond is gekomen’. Om tot een goede, breed gedragen implementatie van de wet te kunnen komen, is een stevige, onafhankelijke beroepsgroep(organisatie), die kan optreden namens de leraren, een essentiële randvoorwaarde, aldus de minister. Het is dus belangrijk dat deze er komt. De minister geeft aan dat de leraren hierbij zelf aan zet zijn. Wel wil hij de beroepsgroep faciliteren, bijvoorbeeld door een onafhankelijke aanjager en verbinder aan te stellen, die draagvlak heeft in het veld.

De komende tijd werkt de minister aan een (nieuw) plan van aanpak voor de praktische implementatie van de Wet beroep leraar, die voor het kabinet ‘onverkort relevant’ blijft. Daarin worden de dingen die al zijn bereikt – o.a. infrastructuur lerarenregister, Lerarenparlement dat van start is gegaan met opdracht om tot gedragen kwaliteitskader hiervoor te komen – meegenomen. In juni informeert de minister de Kamer verder over dit plan. Ook zal de minister een onafhankelijke, externe evaluatie laten uitvoeren van het bestuurlijk en operationeel functioneren van de Onderwijscoöperatie.

De Kamer zal met de minister in debat gaan over het plan van aanpak lerarenregister, na publicatie van het plan in juni.