Onderzoek 'Aansluiting vraag en aanbod masters voor leraren' aan Tweede Kamer aangeboden

22 juni 2016

Minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker hebben deze week het onderzoeksrapport ‘Aansluiting vraag-aanbod masteropleidingen VO' aan de Tweede Kamer aangeboden. In dit rapport heeft adviesbureau Ecorys – in opdracht van de VO-raad en het ministerie van OCW – in kaart gebracht in hoeverre het aanbod van masteropleidingen voor leraren in het vo aansluit bij de vraag vanuit vo-scholen en leraren. Ook worden aanbevelingen gedaan over hoe vraag en aanbod dichter bij elkaar gebracht kunnen worden.

De VO-raad en het ministerie van OCW hebben in het sectorakkoord VO de ambitie vastgelegd om het aandeel masteropgeleide leraren in het vo substantieel te vergroten. Een belangrijke voorwaarde voor het realiseren van deze ambitie is dat er voldoende goede masteropleidingen zijn, die aansluiten bij de verwachtingen en behoeftes van vo-scholen en leraren. 

In het onderzoek is het bestaande aanbod van masteropleidingen voor leraren in kaart gebracht, en is gekeken in hoeverre dit aansluit bij de wensen en behoeften van de scholen en leraren (het onderzoek richt zich met name op zittende leraren). De onderzoekers concluderen hierbij dat het aanbod aan masters inhoudelijk dekkend is: voor elk examenvak in havo en vwo is een opleiding. Leraren en schoolleiders geven ook geen signalen dat er opleidingen ontbreken. Wel zijn er echter specifieke thema’s waarvoor zij graag meer aandacht in de opleidingen zouden zien, zoals onderwijskundige innovatie, curriculumontwikkeling, didactische en pedagogische vaardigheden en toetsingsstrategieën.   

Randvoorwaarden

Bij het onderzoek is ook gekeken naar de randvoorwaarden waaraan moet worden voldaan, willen leraren ook echt gebruik gaan maken van het opleidingsaanbod. Hierbij kwam onder meer naar voren dat leraren het belangrijk vinden dat een master modulair gevolgd kan worden en dat ze het grootste deel van de colleges kunnen volgen tijdens schooluren. Ook is het belangrijk dat ze voldoende ondersteuning vanuit de school krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van tijd en stimulatie om een opleiding te gaan volgen. Daarnaast spelen de beschikbaarheid van goede informatie over een master, en de reisafstand naar de opleiding een rol in de keuze om een master wel of niet te gaan volgen. De onderzoekers concluderen dat de aansluiting tussen het aanbod en de wensen en behoeften van leraren op al deze gebieden nog niet optimaal is. 

Aanbevelingen

Op basis van de bovenstaande en andere bevindingen, doen de onderzoekers in het rapport een aantal aanbevelingen over hoe vraag en aanbod meer op elkaar kunnen worden afgestemd. Welke stappen kunnen betrokken partijen (aanbieders masters, vo-scholen, OCW, sectorraden e.a.) nemen, om ervoor te zorgen dat het aanbod aan masters meer aansluit bij de wensen en behoeften van scholen en leraren, zodat uiteindelijk meer leraren een master gaan volgen? 

Vervolg

De VO-raad is positief over het rapport: dit biedt belangrijke inzichten in de stand van zaken en waardevolle aanbevelingen. De raad treedt in overleg met de VSNU, de Vereniging Hogescholen, het ministerie van OCW en de Onderwijscoöperatie over hoe de ambitie om tot meer masteropgeleide leraren te komen, verder kan worden gebracht. De uitkomsten van het onderzoek worden hierbij meegenomen.  

Daarnaast wordt vanuit het programma Stap 2 met scholen samengewerkt om de masterambitie vorm te geven. Scholen kunnen onder meer met ledenadviseurs in gesprek over hoe de ambitie op te pakken, gebruik maken van de handreiking 'Meer masteropgeleide docenten' en/of een expert inschakelen.

Lees het gehele rapport 'Aansluiting vraag-aanbod masteropleidingen VO'. Het rapport werd al in maart 2016 gepubliceerd. Samen met een onderzoek naar 'Vraag en aanbod nascholing van leerkrachten primair onderwijs' is het op 21 juni 2016 aan de Tweede Kamer aangeboden.