Schatkistbankieren blijft vrijwillig voor scholen
17 juli 2018
Lees de Kamerbrief over schatkistbankieren in het voortgezet onderwijs
De centrale conclusie van de werkgroep van het IBO naar schatkistbankieren is dat de huidige aard en omvang van de risico’s van schatkistbankieren voor de begroting van het ministerie van OCW beperkt zijn. Afschaffen of verplichten van schatkistbankieren zou de financieringsmogelijkheden voor onderwijsinstellingen beperken. De werkgroep ziet daarom geen aanleiding om de huidige systematiek van schatkistbankieren bij OCW nu te herzien.
Bij verplichting wijzigt de rol van het ministerie
Als het ministerie zou besluiten schatkistbankieren te verplichten dan zou dit de verhouding van het ministerie met het onderwijsveld wijzigen. OCW zal zich beter moeten verdiepen in de financiële situatie van individuele onderwijsinstellingen, waardoor het geen stelselverantwoordelijkheid meer heeft, maar individuele verantwoordelijkheid.
Kosten bij afschaffing
Als schatkistbankieren zou worden afgeschaft dan moeten onderwijsinstellingen bij de herfinanciering van een lening of deposito mogelijk een hogere rente betalen, als gevolg van een opslag voor risico, kosten en winst die commerciële banken hanteren. Hierdoor is er minder geld beschikbaar voor het onderwijs.
Het afschaffen van schatkistbankieren op korte termijn betekent ook dat instellingen tijd en kosten hebben gemaakt voor het laten tekenen van een gemeentegarantie dan wel het laten uitvoeren van een taxatie en het opstellen van een hypotheek en zij deze kosten uiteindelijk over een (veel) kortere periode moeten afschrijven. Hierdoor en door de verplichting tot herfinanciering ontstaat geen goed beeld van een betrouwbare overheid.