Steeds minder leerlingen in het vo gepest
16 september 2018
De cijfers over pesten uit de nieuwe Veiligheidsmonitor po/vo 2018 zijn eerder beschikbaar gesteld in het kader van de Week tegen Pesten, die vandaag van start gaat. Het kabinet heeft de factsheet ‘Pesten op school 2018’ met alle cijfers ook naar de Tweede Kamer gestuurd.
Uit deze factsheet komt ook naar voren dat er tussen de jaren weinig verschil is wat betreft de manier waarop leerlingen gepest worden. In meer dan 45% van de gevallen gebeurt pesten persoonlijk, volgens de leerlingen die er slachtoffer van zijn. Daarna volgen cyberpesten, met 19-21%, en pesten via telefoongesprekken. Het percentage hiervoor ligt tussen de 13% en 15%. Er is geen verschil in hoe vaak jongens en meisjes in 2018 aangeven gepest te zijn.
In zijn reactie op de cijfers schrijft minister Slob cyberpesten nog als specifiek aandachtspunt te zien; volgens de minister weet een deel van de scholen nog niet goed raad met deze vorm van pesten. Hij verwijst hierbij naar de ondersteuning vanuit Stichting School & Veiligheid. Daarnaast noemt de minister als aandachtspunten het belang van een vertrouwenspersoon binnen scholen die leerlingen makkelijk weten te vinden, en het blijven monitoren van het sociale veiligheidsgevoel van leerlingen door scholen.
De minister prijst in zijn brief de inzet van scholen en leraren op het gebied van sociale veiligheid, die hebben geleid tot de daling van het aantal gepeste leerlingen. Het is volgens hem nu zaak aandacht voor pesten te blijven houden, om deze ontwikkeling vast te houden en door te zetten.
Week tegen Pesten
In dit kader blijft de Week tegen Pesten belangrijk, die deze week plaatsvindt. De week staat in het teken van het werken aan wederzijds vertrouwen tussen leraar en leerling. Op de website weektegenpesten.com en Facebook vinden scholen en leraren tips en tools over hoe ze tijdens de Week Tegen Pesten aan de slag kunnen met dit thema.