Subsidieregeling voor onderwijsregio’s 2025 gepubliceerd

11 juni 2024

Op 10 juni jl. heeft het ministerie van OCW de subsidieregeling voor onderwijsregio’s gepubliceerd voor het jaar 2025. In onderwijsregio’s wordt samengewerkt op het gebied van werven, matchen, opleiden, begeleiden en professionaliseren ten behoeve van het optimaliseren van de onderwijsarbeidsmarkt en het terugdringen van het lerarentekort. Bij de vorming van de onderwijsregio’s wordt onder meer voortgebouwd op de regionale aanpak van de tekorten (RAP) en Samen Opleiden en Professionaliseren (SO&P). 


Met de subsidieregeling voor 2025 wordt verder toegewerkt naar een landelijk dekkend netwerk van onderwijsregio's, als onderdeel van de aanpak van het lerarentekort. Anders dan in 2024 en eerdere jaren is er voor 2025 alleen de mogelijkheid om als onderwijsregio subsidie aan te vragen en niet meer apart voor RAP-regio’s en/of voor partnerschappen Samen Opleiden & Professionaliseren. Ook is in deze regeling 50% van de prestatiebox (SHRM)-middelen voor het voortgezet onderwijs toegevoegd. De resterende 50% gaat in 2025 wel direct naar de scholen. Dat betekent dat vo-besturen in hun onderwijsregio het gesprek moeten aangaan op welke manier deze middelen ingezet worden voor de versterking van het strategisch personeelsbeleid.  

De VO-raad is voorstander van een versterking van regionale samenwerking op het gebied van arbeidsmarkt en opleiden. Bovendien draagt de nieuwe regeling bij aan een samenhangender, duurzame aanpak van het lerarentekort, in plaats van een situatie met tijdelijke, versnipperde en overlappende initiatieven. Tegelijkertijd is de VO-raad kritisch op de wijze waarop hier uitvoering aan gegeven wordt. 

Formulering artikelen 

De regeling is door het ministerie vormgegeven met beperkte inspraak van de partners. Met name in de diffuse formulering en uitleg van diverse artikelen ontstaat het risico dat eerder gemaakte afspraken op landelijk niveau onvoldoende recht worden gedaan. Hieronder noemen we onze belangrijkste zorgpunten.  

Bovenbestuurlijke inzet personeel 

In de regeling staat dat het plan van aanpak een beschrijving moet bevatten van de activiteiten die samenhangen met de bovenbestuurlijke inzet van onderwijspersoneel, zoals het inrichten en in stand houden van de invalpool. Hoewel in de toelichting staat dat dit ook een verkenning mag betreffen en niet per se over onderwijsgevend personeel hoeft te gaan, vinden wij dat dit artikel een dwingender toon heeft dan de keuzevrijheid op dit punt die eerder voor regio’s is afgesproken. De VO-raad benadrukt daarom: bovenbestuurlijke inzet van personeel is een eigen keuze. Voor de aanvraag is het uitvoeren van een verkenning voldoende. Bovenbestuurlijke inzet kan bovendien ook gaan over de inzet van niet-onderwijsgevend personeel ten behoeve van de gehele onderwijsregio, zoals de inzet van begeleiders voor zij-instromers. Bovendien kan personeel ook op basis van zijn bestaande dienstverband bij zijn huidige werkgever ingezet worden in de regio.  

Betrokkenheid beroepsgroep 

De beroepsgroep leraren dient betrokken te worden bij de onderwijsregio's. In de regeling wordt de beroepsgroep genoemd, maar de gehanteerde definitie is te nauw. In de toelichting van de regeling worden uiteenlopende uitleggen gehanteerd voor het betrekken van en de gedeelde verantwoordelijkheid met de beroepsgroep, waarbij het lijkt alsof het betrekken van de georganiseerde beroepsgroep de eis is. In de toelichting van de vorige regeling over 2024 was dit nader uitgewerkt: “De betrokkenheid van de beroepsgroep bij de onderwijsregio’s kan op verschillende manieren worden vormgegeven. Bijvoorbeeld door vertegenwoordiger(s) van de beroepsgroep en/of vak- en beroepsorganisaties van onderwijspersoneel een formele plek in de governance structuur van de onderwijsregio te geven of het inrichten binnen onderwijsregio van een regiegroep met afgevaardigden van de beroepsgroep. Welke invulling wordt gekozen voor het betrekken en activeren van de beroepsgroep kan per onderwijsregio verschillen.” 

De afspraken voor 2025 over het betrekken van de beroepsgroep zijn niet gewijzigd ten opzichte van 2024, dus de VO-raad blijft – net als de andere betrokken partijen, waaronder de vakorganisaties – uitgaan van de bredere definitie uit de toelichting van 2024.  

Nieuwe activiteiten als onderdeel van plan van aanpak 

In de regeling voor 2025 zijn ten opzichte van de vorige regelingen activiteiten toegevoegd gericht op het begeleiden van startende leraren, en schoolleiders en hun verdere professionele ontwikkeling (artikel 8.1G) en activiteiten voor een aanpak van de tekortvakken (artikel 8.1J). Wat de VO-raad betreft staan de betreffende activiteiten niet los van de vijf thema’s die centraal staan in de onderwijsregio’s (werven, matchen, opleiden, begeleiden en professionaliseren) en kunnen deze activiteiten worden meegenomen bij de uitwerking van de 5 thema’s onder artikel 8.1b.  

Mocht bij het indienen van de aanvragen dergelijke punten tot verschil van inzicht leiden, dan worden wij hiervan graag door de regio op de hoogte gesteld via ondergenoemd emailadres. 

Tot slot zijn we wel positief over enkele wijzigingen in deze regeling ten opzichte van de subsidieregeling van 2024. Bijvoorbeeld hoe de werkwijze van de ontwikkelingsgerichte en beoordelingsgerichte peer review een plek heeft gekregen in de regeling en de verhoging van het bedrag per student als vervanging voor de vaste voet van partnerschappen samen opleiden. Zie hiervoor ook het nieuwsbericht van het platform Samen Opleiden  

Verdere informatie 


De subsidieregeling voor 2025 wordt gezien als basis voor onderwijsregio's om aan de slag te gaan met hun regionale opgaven. Later in het jaar worden vanuit het ministerie nog twee aanvullende subsidieregelingen voor 2025 verwacht. Eén voor de onderwijsregio's die een stap verder willen gaan in hun aanpak en één voor besturen die meer tijd nodig hebben om onderdeel van een onderwijsregio te kunnen gaan worden.  
 

Contact & ondersteuning