Themarapportage Gespecialiseerd Onderwijs gepubliceerd

13 maart 2025

Op 13 maart 2025 hebben de Sectorraad GO en de PO-Raad de themarapportage Gespecialiseerd Onderwijs gepubliceerd. In schooljaar 2024-2025 gingen bijna 40.000 (van de in totaal 108.000 leerlingen in het GO) naar het vso. Het aantal leerlingen is toegenomen, van 2.8% in 2018 in het funderend onderwijs naar 3.1% in 2024-2025. De toenemende maatschappelijke en sociale complexiteit, bezuinigingen op jeugdhulp en hogere prestatiedruk worden als mogelijke oorzaken van deze stijging genoemd.

De toename van het aantal leerlingen is vooral te zien bij cluster 3 en 4. In cluster 1 en 2 blijft dit de afgelopen jaren constant. In het vso gaat het met name om een stijging van het aantal leerlingen met externaliserend gedrag (cluster 4).

Uitstroomprofielen

Met het wetsvoorstel om vrijstelling van leerplicht te beperken (2022) was de verwachting dat er meer leerlingen met het uitstroomprofiel dagbesteding naar het vso zouden komen. Uit de cijfers blijkt echter dat het aantal leerlingen in het vso met het uitstroomprofiel dagbesteding licht daalt, terwijl het aantal leerlingen met het uitstroomprofiel arbeidsmarkt is toegenomen.

Knelpunt in de bekostiging

Met de toename van het aantal leerlingen in cluster 3 en 4 van het vso én een gelijkblijvend totaal budget voor ondersteuning via de samenwerkingsverbanden, blijft er minder geld over voor de overige vormen van ondersteuning. Als de bekostiging van het vso de bekostiging zware ondersteuning van het samenwerkingsverband overstijgt, wordt het verschil verhaald op de deelnemende scholen in het samenwerkingsverband. Op enkele plekken gebeurt dit al. Ook is het aantal toelaatbaarheidsverklaringen in de categorieën laag en midden meer toegenomen dan die van de categorie hoog. Mogelijk hangt dit ook samen met de groei van het aantal leerlingen. Soms verwijzen samenwerkingsverbanden voor zorggerelateerde ondersteuning door naar de gemeente, hetgeen kan zorgen voor de vraag wie verantwoordelijk is voor welke kosten.

Voor het op orde brengen van de onderwijshuisvesting is er tot 2050 een tekort in de bekostiging voor vernieuwing en renovatie van 25 miljard. Hier zijn extra m2 in het kader van inclusief onderwijs, en exploitatielasten, niet in verdisconteerd. Conclusie is dat een sterke samenwerking tussen scholen, zorginstellingen, gemeenten en andere ondersteunende diensten er voor moet zorgen dat leerlingen (en hun gezinnen) de begeleiding krijgen die ze nodig hebben. En dat de huisvesting een uitdaging blijft.

Mogelijkheden van inclusief onderwijs

De VO-raad ziet kansen in inclusiever onderwijs. Praktijkvoorbeelden waarbij regulier en speciaal onderwijs onder één dak of op één terrein samen gehuisvest zijn, laten zien dat meer leerlingen (deels) regulier onderwijs kunnen volgen en ook docenten veel van elkaar kunnen leren. In het Integraal Huisvestingsplan kan inclusie als uitgangspunt genomen worden en leidend zijn in keuzes over spreiding en toekenning m2. Dit is onderdeel van de standaarden die binnen het Programma Onderwijshuisvesting ontwikkeld worden met de sector, voor de sector. In het Innovatieprogramma Onderwijshuisvesting leren we in concrete bouwprojecten bouwend hoe we beter, sneller en kostenefficiënter inclusieve schoolgebouwen kunnen realiseren. Schoolbesturen kunnen een aanvraag doen voor bovennormatieve middelen voor hun bouwproject. Op de site van het Steunpunt Passend Onderwijs is meer informatie over de mogelijkheden van inclusiever onderwijs te vinden.