Vo-ho netwerken krijgen toch subsidie

16 november 2016

De vo-ho netwerken blijven subsidie ontvangen. Staatssecretaris Dekker heeft dit toegezegd nadat scholen, leraren en vertegenwoordigers uit het hoger onderwijs op 1 november een petitie aan de Tweede Kamer hadden aangeboden voor het behoud van de netwerken. Hoeveel subsidie de netwerken zullen krijgen, is nog niet bekend.

De regionale vo-ho netwerken vormen een solide infrastructuur waarin 12 universiteiten, 18 hogescholen, 400 vo-scholen en talloze bedrijven en maatschappelijke organisaties intensief samenwerken. Samen wordt bijvoorbeeld gewerkt aan het verder verbeteren van het onderwijs op middelbare scholen, zodat dit ook beter aansluit op het vervolgonderwijs en/of de arbeidsmarkt. Daarnaast wordt samengewerkt op het vlak van de werving en professionalisering van leraren; vo-leraren kunnen bijvoorbeeld nascholing volgen in het hoger onderwijs en studenten kunnen op het vo ontdekken of lesgeven iets voor hen is. De nadruk van de netwerken ligt op de bètavakken, maar inmiddels breiden de activiteiten zich ook uit naar alfa en gamma. Via de vo-ho netwerken worden jaarlijks 10.000 docenten en 50.000 leerlingen bereikt.

Ondanks het succes van de vo-ho netwerken was hier in de onderwijsbegroting 2017 geen geld voor uitgetrokken. Daarop hebben de bij de netwerken betrokken partijen een petitie aangeboden aan de Tweede Kamer, waarin de Kamer werd verzocht de regering op te roepen te blijven investeren in de netwerken. Want hoewel onderwijsinstellingen zelf een deel van de netwerken betalen, zijn daarnaast middelen vanuit de overheid nodig voor het behoud ervan.

Staatssecretaris Dekker heeft in zijn reactie hierop aangegeven dat de vo-ho netwerken subsidie zullen blijven ontvangen. Hoeveel subsidie beschikbaar komt en of dat genoeg is om te kunnen blijven bestaan, is nog niet bekend.