Leerlingen aanspreken
Wie na een lange afwezigheid de hal van OSG De Meergronden in Almere binnenstapt, kent de school niet meer terug. Weg zijn de drommen leerlingen in de hal, weg is het rumoer waarin de mondigste leerlingen het hoogste woord voerden. “De rust is weergekeerd”, zegt Mike van Tent, leraar Engels en mentor van twee bbl/kbl-klassen. “Leerlingen zijn eraan gewend dat ze op hun gedrag worden aangesproken, er zijn minder conflicten.” De schoolcultuur stond op OSG De Meergronden al ter discussie toen Simone de Kruijk in 2015 begon als rector. De school was met incidenten ongelukkig in het nieuws gekomen en een van de afdelingen kreeg van de inspectie een onvoldoende voor het pedagogisch-didactisch klimaat. Het waren symptomen van een onderliggend probleem, zegt Simone: “Leraren hadden geen adequaat antwoord op de straatcultuur die de school was binnengedrongen.”
Leerlingen gingen continu de discussie aan
Normale verhouding
“Het speelde niet overal in dezelfde mate, want dit is een brede school met een heel diverse leerlingpopulatie”, vervolgt Simone. “Maar onder de leerlingen bevonden zich wel steeds meer jongeren uit sociaal-economische achterstandsposities. Zij krijgen thuis niet altijd mee wat een normale verhouding tussen jongeren en volwassenen is en gaan continu de discussie aan. Veel collega’s bleven reageren zoals ze gewend waren. Ze boden te veel ruimte en misten in het gesprek de juiste toon. Daardoor dachten leerlingen dat alles kon.” Om te beginnen haalde Simone nieuwe afdelingsleiders de school in, die in staat waren om de medewerkers mee te nemen in een cultuurverandering. Wat hielp, was dat ook het lerarenbestand veranderde. Door pensionering en groeiende arbeidsmobiliteit verliet in vier jaar tijd bijna de helft van de leraren de school. “De nieuwkomers stapten meteen een nieuwe schoolcultuur binnen. Dat versnelde de verandering.”
Begrenzen en waarderen
Het nieuwe managementteam koos voor ‘liefdevol begrenzen’ als uitgangspunt. Simone: “We zijn strak op de grenzen gaan zitten en leerlingen daarbinnen waarderend gaan benaderen. Sta ik bijvoorbeeld bij de deur en jij komt te laat, dan zeg ik niet alleen: ‘Daar kun je een telaatbriefje halen, morgen ben je er om 8 uur’, maar óók: ‘Welkom, ik ben blij dat je er bent’.” Niet alle leerlingen maakten de omslag: “Ik heb enkele leerlingen van school moeten verwijderen. Dat was moeilijk, maar het liet ook zien dat we het menen. Blijf je over grenzen heengaan, dan ben je op deze school niet welkom.”
Ik merk zeker verschil met de afgelopen jaren. Niet alleen is de sfeer in de school een stuk aangenamer, maar ook hoor ik in de buurt nu vooral positieve dingen over De Meergronden.
Vijf werkstandaarden
Om de cultuurverandering aan te zwengelen, gingen alle leraren tijdens een studiedag kijken op een andere school. Ook kozen ze tijdens een gezamenlijke startbijeenkomst vijf werkstandaarden. “Die sturen ons gedrag, helpen ideeën aan te scherpen en bieden nieuwe medewerkers houvast”, zegt Simone. “Eén standaard is bijvoorbeeld: ‘Ik ben medeverantwoordelijk voor rust en veiligheid’. Zie je dus dat er iets misgaat, dan loop je nooit zomaar voorbij.”
Passende oplossingen
De afdelingen vullen de standaarden zelf verder in. Zo hebben teamleden mavo/havo afgesproken hoe ze elkaar helpen als een leerling zich misdraagt in de les, en heeft het vmbo-team afgesproken dat leerlingen bij binnenkomst in een les hun telefoon in een speciale bak leggen. Simone: “In een brede school als de onze is het belangrijk dat teams zelf passende oplossingen kiezen. We laten ons ook niet door één goeroe inspireren; we kijken steeds wie ons verder kan brengen. Tot nu toe waren dat bijvoorbeeld Huub Nelis (Youngworks), Samira Bouchibti en Eefje Teeuwisse en Annechien van Buurt (Take a Step). Zij zijn niet de laatsten; we zijn nog niet klaar.”
Simone: “Bij cultuurverandering is personeel de sleutel. Daar moet je op sturen. Bij ons helpen en inspireren docenten elkaar nu veel meer. Door samen de verantwoordelijkheid te blijven nemen, lopen processen in de school steeds soepeler. Dan komt het met de leerlingen ook wel goed.”
‘Onze kinderen’
Op de werkvloer is de grootste verandering dat leraren nu één lijn trekken, zegt Mike, die lesgeeft op de afdelingen vmbo en mavo/havo. “Daardoor is het makkelijker om regels te handhaven. Ik voel me gesteund: ik ben niet meer de enige leraar bij wie je onder de les niet op je telefoon mag zitten, het mag bij niemand. Daarmee steunen we ook collega’s die het van nature lastig vinden om op te treden. We zijn als leraren veel meer een team. Het zijn nu ónze kinderen.”
Ik voel me gesteund: ik ben niet de enige leraar bij wie iets niet mag
Gebouw
Behalve ander gedrag van leraren dragen ook aanpassingen aan het gebouw bij aan de nieuwe cultuur. Bij de entree zijn banken weggehaald, zodat leerlingen daar niet meer rondhangen. Er is meer licht en er staan meer prullenbakken om rommel op te ruimen. Inspirerende spreuken – gekozen in overleg met leerlingen, ouders en leraren – versieren de muren. En nu medewerkers strikt toezicht houden, wordt op het schoolplein niet langer geschreeuwd. Nu de rust terug is, kan de aandacht weer naar het onderwijs. “Ik ben niet langer de halve mentorles kwijt aan leerlingen die eruit gestuurd zijn”, zegt Mike. “Eindelijk kan ik lesgeven zoals ik dat wil, met aandacht voor de leerlingen die dit het hardst nodig hebben.” Simone: “Leraren komen met nieuwe ideeën, we hebben weer projectweken ingevoerd, collega’s vragen om scholing: nu kunnen we een volgende stap in de onderwijsontwikkeling zetten.”