Stedelijk College Eindhoven: Taalbad, peer coaching en niveaugroepen voor ISK-leerlingen
05 maart 2018
De meeste EOA-leerlingen komen uit Syrië en Oost-Europa, maar in totaal heeft de school maar liefst 60 nationaliteiten in huis. Dankzij de gezamenlijke huisvesting mixen deze kinderen vlot met de andere leerlingen. Dat proces is versneld toen dit jaar de peer to peer coaching startte. Vmbo-leerlingen worden opgeleid tot nieuwkomer-coach. Met hun coaching verdienen ze punten voor hun maatschappelijke stage. Andere leerlingen helpen als buddy nieuwkomers met hun Nederlandse taal.
Veel docenten geven aan beide stromen les. Dat is ideaal, zegt Razenberg, die het startteam (leerjaar 1 vmbo en EOA) in portefeuille heeft. ‘‘Zij weten exact waar de nieuwkomers op voorbereid moeten worden.’’
Alleen in het Nederlands
De EOA-leerlingen komen in een taalbad terecht: alle lessen worden in het Nederlands gegeven. Dat is intensief, beaamt Razenberg. ‘‘Maar zo pikken ze de taal snel op. En wij zien dat ze ondanks het zware programma graag naar school komen.’’
Na een intake zitten leerlingen eerst acht weken in een verlengde intakeklas. Ze krijgen dan al gewoon les, maar worden ook getoetst. Daarna wordt een passend vervolgtraject gezocht. De langzaam lerende leerlingen die extra hulp nodig hebben, volgen een route die leidt naar het praktijkonderwijs. Gemiddelde leerlingen werken toe naar vmbo basis. De derde groep stroomt door naar de verschillende hogere niveaus. Binnen deze niveaugroepen is er ook ruimte voor maatwerk: iedereen werkt in z’n eigen tempo en binnen de leerlijnen wordt zo veel mogelijk gedifferentieerd. Gemiddeld duurt het twee jaar voordat EOA-leerlingen naar de reguliere lessen gaan.
De leraren zijn allemaal bevoegd om Nederlands te geven. De school heeft expertise in huis over differentiëren en het geven van Nederlands als tweede taal en schoolt de leraren hierin zelf bij.
Geen cijfers
Onlangs is besloten om de EOA-leerlingen geen cijfers meer te geven. ‘‘Cijfers zeggen niet alles’’, zegt Razenberg. ‘‘Bovendien kennen de leerlingen ons onderwijssysteem niet. Sommigen leerlingen die hoge cijfers halen, denken dat ze zo vanuit het vmbo arts of advocaat kunnen worden. We beschrijven nu op het rapport behalve het niveau per vak ook hun executieve vaardigheden, zoals zelfstandig werken en het kunnen schakelen tussen taken. Die vaardigheden zijn een veel betere voorspeller van hun toekomst.’’
Een werkgroep van docenten bedacht deze aanpak en wist hier draagvlak voor te vinden bij de collega’s en schoolleiding. Razenberg prijst zich gelukkig met zijn gemotiveerde en goed toegeruste team. De bevoegdheden van diezelfde docenten dreigden echter een struikelblok te vormen. ‘‘Wij brengen onze EOA-leerlingen in twee jaar tijd, met name bij Nederlands, op het niveau van einde basisschool. Het is ideaal om daar collega’s voor in te schakelen die een pabo-achtergrond hebben. Die zijn echter niet volledig bevoegd om op een vo-school te werken.’’ Dit werd opgelost door de samenwerking met een Eindhovens po-bestuur. Leerkrachten van dit bestuur worden nu bij het Stedelijk College gedetacheerd.
De school wil de komende periode gebruiken om alle vernieuwingen goed te laten landen in de organisatie. ‘‘Daarna gaan we verder innoveren’’, zegt Razenberg. Daarbij zijn de speerpunten: het verder verbeteren van loopbaanoriëntatie en begeleiding, maatwerk met behulp van ICT en het bijbrengen van 21e-eeuwse vaardigheden.