Tweede Kamer zet in op versterking medezeggenschap op hoofdlijnen begroting
26 maart 2019
Hoofdlijnen van de begroting
Op 6 maart debatteerde de Tweede Kamer over de werking van de lumpsumsystematiek in het onderwijs. Een belangrijke lijn in dit debat had betrekking op de versterking van de medezeggenschap. Op 26 maart 2019 stemde de Kamer in met drie moties hierover. Twee moties hebben betrekking op het onderzoeken, en op basis daarvan, versterken van het functioneren van de medezeggenschap, met name op het financiële vlak.
De derde motie roept de regering op om in samenwerking met leerlingen, leraren, ouders, schoolleiders en besturen uit het primair en voortgezet onderwijs een omschrijving te formuleren van de hoofdlijnen van de begroting met daarin ten minste het onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel, de toewijzing van middelen binnen het bestuur, de materiële lasten en de inzet van reserves. Deze motie borduurt verder op het voornemen uit het regeerakkoord om de medezeggenschap instemmingsrecht te geven op de hoofdlijnen van de begroting. Eerder wees de VO-raad erop dat er in het veld weinig draagvlak voor deze maatregel is. De VO-raad zal in de komende tijd het gesprek voeren over dit voornemen en het vaststellen van de hoofdlijnen.
De systematiek ter discussie
Vorig najaar kondigde de minister een onderzoek aan naar de toereikendheid en de doelmatigheid van de bekostiging. De Kamer vraagt om in dit kader ook te onderzoeken wat de mogelijke effecten zijn van een minimumpercentage in de lumpsum voor uitgaven aan onderwijzend personeel en ondersteuning. De VO-raad is ervan overtuigd dat schotten in de lumpsum ten koste gaan van de benodigde flexibiliteit en ziet dit type informatie liever terugkomen in de eerder aangekondigde sectorale benchmark. In samenwerking met de PO-raad en in overleg met relevante stakeholders onderzoekt de VO-raad hoe zo’n benchmark op bestuursniveau eruit zou kunnen zien en wat ervoor nodig is om dit te realiseren.
D66 geeft aan te werken aan een initiatiefwet om scholen rechtstreeks te bekostigen. De VO-raad liet eerder al weten dat dit middel meer nadelen heeft dan de ervaren kwaal. In de komende tijd wordt binnen de vereniging het gesprek gevoerd over dit voornemen en in hoeverre een goed gebruik van het instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting in combinatie met een sectorale benchmark een beter middel kan zijn.