Een havo/vwo-route met praktische insteek: "Onze visie is onze meetlat"

22 mei 2024

Het Agnieten College in Zwartsluis is een middelbare school die vmbo en de eerste drie leerjaren van havo en vwo aanbiedt. De school wilde het havo/vwo-onderwijs duidelijker profileren en aantrekkelijker maken, onder andere omdat steeds meer leerlingen in de regio voor andere scholen in de buurt kozen. Daarbij wilde de school aansluiten bij de behoeften die typerend zijn voor havo/vwo leerlingen. Dit werd vanaf 2022/2023 de HV-route met een praktische insteek. Teamleider Bart Broek en docent Amarinske Rusticus vertellen hoe ze tot de HV-route zijn gekomen.

Onderzoek

Het Agnieten College had in 2020 onderzoek laten uitvoeren omdat ze zagen dat veel leerlingen voor andere scholen in de regio Zwolle kozen. Uit dat onderzoek bleek dat het Agnieten College niet onderscheidend genoeg was op de onderwijsrichtingen havo en vwo om te kunnen concurreren met andere scholen. Bart Broek, elf jaar geleden begonnen als docent biologie en sinds dit schooljaar teamleider, vertelt: “Als regionale school hebben we hier leerlingen rondlopen waarbij de ene leerling van vmbo-kader op dezelfde sportclub zit als de andere leerling van vwo. Leerlingen gaan zowel buiten als binnen de school met elkaar om, ongeacht de onderwijsrichting en soms zelf leerjaar. Alleen was het onderwijs op vmbo en havo/vwo totaal verschillend: alsof ze op een andere school zaten. We moesten de identiteit van ons havo/vwo-onderwijs duidelijker vormgeven, met behoud van de gemeenschap die we met z’n allen zijn op onze school.” Daarbij wilde de school aansluiten op de huidige maatschappij. Amarinske Rusticus, docent Frans sinds 2016 op de school en tevens coach in de HV-route: “Voor havo en vwo waren we te veel gefocust op theorie. Maar ook voor deze leerlingen is het belangrijk om de koppeling naar de praktijk te maken. Waar kun je bijvoorbeeld wiskunde later voor gebruiken? Dat kregen we ook terug van de leerlingen zelf. De havo/vwo-leerlingen lopen hier op school langs de vmbo-lokalen waar allerlei praktijkopdrachten gebeuren. Zij wilden ook wel aan de slag met bijvoorbeeld koken.”

Het risico bestaat dat je snel in de uitvoering gaat zitten

Beginnen met visie

Een projectgroep van vijf collega’s, waaronder Bart, kreeg de opdracht van het Management Team om aan de slag te gaan met de inrichting van havo/vwo. De projectgroep begon met een leeg blaadje. Bart: “Het risico bestaat dat je snel in de uitvoering gaat zitten. Dat wilden we niet. Daarom begonnen we eerst met een visie. Wat willen we en waarom?” De projectgroep nam daar anderhalf jaar de tijd voor. Uiteindelijk resulteerde dat in een visiedocument over de HV-route. Bart: “Dit is als het ware onze meetlat die we er altijd bijpakken. Hierin staat onder andere dat leerlingen naast kennis ook vaardigheden moeten leren en dat de school een leeromgeving is waar fouten maken mag. Onze visie hebben we uitgewerkt tot op het niveau van leren. Dat betekent dat we veel hebben gedefinieerd: welk gedrag past bij een leerling en een docent? Wat betekent het als je focust op vaardigheden? Hoe verhoudt de HV-route zich tot onze kernwaarden? Dat vraagt iets van leerlingen én leraren. Aan de hand van de visie kunnen we steeds bepalen of iets bij de HV-route hoort.” Amarinske geeft aan dat het visiedocument continu onder de aandacht blijft. “Wat helpt is dat Bart in de projectgroep zat als een van de kartrekkers en nu teamleider is. Hij weet waar het over gaat. Hij is als het ware de aanvoerder van de HV-route. Zo kunnen we met elkaar de juiste stappen steeds zetten.”

Startmomenten, kwt-uren en studielab

De school begon met de HV-route alleen in het eerste leerjaar. Dit breidt zich per jaar uit naar alle drie de leerjaren van havo/vwo op het Agnieten College. De HV-route kent onder andere startmomenten, kwt-uren en studielab. Amarinske: “Drie dagen in de week hebben we een startmoment. Daarin bespreken we de periodieke thema’s met de leerlingen. Nu is het thema  ‘Ja, natuurlijk!’. Dan regelen we daarbij passende gastlessen en lesmateriaal. En leerlingen gaan bijvoorbeeld op pad om afval te verzamelen en brengen een bezoek aan een natuurbezoekerscentrum. We gebruiken de startmomenten ook voor groepsprocessen, dat gaat bijvoorbeeld over grenzen stellen. De kwt-uren zijn bedoeld voor vakken die leerlingen lastig vinden. En we hebben studielab: dan kunnen leerlingen zelfstandig of aan groepsopdrachten werken. Hiervoor hebben we een speciaal lokaal ingericht waar altijd een collega aanwezig is. En studielab is tevens het moment dat coaches coachgesprekken met leerlingen voeren.” Bart vertelt dat de coachgesprekken nu beter gaan in vergelijking met voorheen. “Voorheen waren de gesprekken met een leerling aan het einde van een dag. Dan was de rest van de klas al naar huis, en dan moest een leerling nog een gesprek voeren. Dan voer je geen diepgaand gesprek want een leerling wil ook weg. Nu heb je tijd, dat verbetert de kwaliteit van de gesprekken.”

Omgevingsmiddagen

De school heeft in de HV-route ook omgevingsmiddagen. Amarinske: “Dan gaan we langs bij een bedrijf, of iemand uit het bedrijfsleven komt wat vertellen op school.” Bart: “Zo waren we laatst naar het voetbalstadion PEC Zwolle. Leerlingen leren dan dat daar een heel bedrijf omheen zit, zoals een management- en communicatieteam.”
Bart vertelt dat het vóór de HV-route lastig was om bedrijfsbezoeken te regelen. Bart: “Het was tijdsintensief: je bent niet binnen een uur terug van een bedrijfsbezoek. Daarom hebben we het nu ingeroosterd. Maar we blijven leren. Zo zijn er veel bedrijven die iets willen vertellen, maar niet iedereen kan een goed verhaal voor een klas vertellen. Volgend jaar gaan leerlingen de omgevingsmiddagen zelf organiseren, op die manier kunnen leerlingen meer meebeslissen.”

Het team meekrijgen

Het was vrij eenvoudig om het team mee te krijgen in de onderwijsontwikkeling. Iedereen was namelijk overtuigd van de urgentie. Bart: “Alle collega’s wisten dat er iets moest gebeuren. Daardoor hoefden wij niet aan de voorkant overtuigen.” Amarinske vertelt dat het projectteam regelmatig updates gaf. “Op studiedagen deelde het projectteam hun vooruitgang. Daar konden wij feedback op geven en dan ging het projectteam er weer mee verder. Toen het plan gereed was, zijn daarover overleggen geweest met de vaksecties. Zo konden wij als leraren meedenken over hoe de vakken aansloten. Om de week stond er ook een update in de interne mededelingen.”

Collega’s merken: als ik aangeef dat iets niet werkt, dan word ik serieus genomen

Bart vertelt dat niet alle collega’s zich actief bemoeiden met het ontwikkelproces. Bart: “Dat hoeft ook niet, als je mensen maar informeert en uitnodigt. Als collega’s zich vervolgens niet in de discussie mengen, dan is dat ook oké. Je gaat toch nooit iedereen helemaal op één lijn krijgen. Maar er komt wel een moment dat er een beslissing wordt gemaakt, en dan gaat er daarna ook even niets meer veranderen.”
Bart geeft aan dat het belangrijk is om toe te geven wanneer iets niet werkt. Bart: “Je moet ook met dingen durven stoppen. We hadden bijvoorbeeld gekeken of we de vakken meer konden stroomlijnen met de thema’s. Toen kregen we terug van leraren dat dat vakinhoudelijk teveel gevraagd was. We besloten toen om de thema’s erin te houden, maar dat die niet in elk vak terug moeten komen. Dan merken collega’s ook: als ik aangeef dat iets niet werkt, dan word ik serieus genomen.”

Verantwoordelijkheid

Het projectteam zat wekelijks aan tafel bij de teamleiders, maar kreeg alle verantwoordelijkheid. Bart: “Uiteindelijk is het aan de schoolleiding dat het plan past in het grotere plaatje van het schoolplan. Maar we kregen als team veel verantwoordelijkheid om het in te richten hoe wij dachten dat het goed was. Als iets namelijk demotiverend werkt, is dat aan het einde wordt besloten wat wel en niet wordt overgenomen. Je moet aan de voorkant weten: wat wij gaan doen, gaat gebeuren.”

Blijven ontwikkelen

Ook nu de school aan de slag is met de HV-route, blijft het team bezig met ontwikkelen. In eerste instantie deed de school dat door met alle betrokken collega’s te overleggen, maar sinds kort is er een kernteam. Amarinske: “Omdat er elk jaar weer een leerjaar bijkomt, wordt de groep collega’s die betrokken is groter. Daarom hebben we nu een kernteam van vijf collega’s. Daarin bespreken we: hoe gaat het nu en waar moeten we nog aan werken? Zo zijn we nu bezig met volgend schooljaar, wanneer ook de derde klas de HV-route gaat doen. Wij houden de andere collega's op de hoogte. Ook is er een Teams-omgeving waarin iedereen feedback kan geven.” Ook heeft de school vorig jaar middels een mini-audit zelf de HV-route geëvalueerd. Amarinske: “De kwaliteitsmedewerker sprak toen met leraren en leerlingen en bezocht lessen. De bevindingen die daaruit kwamen hebben we met elkaar besproken. Ook gingen collega’s bij elkaar in de les zitten om van elkaar te leren en feedback te geven.”

Ga uit van eigen kennis

Een tip van Bart en Amarinske voor andere scholen: onderschat je eigen kennis niet. Bart: “Er zijn vanuit wetenschappelijke hoek veel goede theorieën en modellen. Daar is niks mis mee, maar de kracht zit ‘m vaak ook in je eigen school. Soms lijkt het allemaal zo vanzelfsprekend, maar de mensen op je school weten veel en weten ook precies wat wel en niet werkt voor de school. Ga uit van de kennis die je in huis hebt en ontwikkel vanuit daar door!”

Of de HV-route ook gaat helpen om meer leerlingen aan te trekken, is nog afwachten. Amarinske: “We zijn gestart met het eerste jaar, dat doen we nu voor het tweede jaar. Hopelijk kunnen we over een paar jaar zeggen: de stappen die we hebben genomen, die zijn goed geweest. Tot nu toe zijn we in ieder geval heel trots op wat we hebben neergezet en we krijgen positieve feedback van leraren, leerlingen en ouders.”

Benieuwd naar het visiedocument van het Agnieten College in Zwartsluis? Of heb je tips over goede organisaties en bedrijven in de omgeving van Zwolle voor een omgevingsmiddag? Je kunt contact opnemen met Bart via bbroek@agnietencollege.nl.